Kamperen aan het water is fantastisch, mits je de juiste keuzes maakt. Deze gids behandelt veilige plekkeuze, uitrusting die werkt, weersfactoren, gezinsplanning en natuurregels. Concreet, nuchter en getest in Nederlandse omstandigheden, zodat jouw wateractiviteiten soepel verlopen.
Bij het kiezen van een plek voor kamperen aan het water draait het om drie dingen die elkaar versterken: locatie, uitrusting en timing. Veel kampeerders beseffen niet hoe windrichting, waterkwaliteit en materiaalkeuze het verschil maken tussen gedoe en gemak. In deze gids vind je nuchtere adviezen, direct toepasbaar bij meren, rivieren en de kust. Minder improviseren, meer genieten. Dat is de realiteit.
Beste camping aan het water Nederland
Kies een plek die net iets hoger ligt dan de oever, met een stevige ondergrond en vrije afwatering. Zet je tent met de ingang uit de heersende wind, zodat je kookhoek en slaapgedeelte droger blijven. Controleer actuele zwemwaterinformatie via officiële kanalen wanneer je gaat zwemmen of suppen; blauwalg en beperkte zichtdiepte zijn serieuze factoren. Eerlijk gezegd bepaal ik pas ter plekke mijn exacte plek: eerst even kijken waar het water na een bui heen stroomt, dan pas haringen erin. Waarom dat hoogteverschil van 20 cm ertoe doet? Omdat die mini-richel voorkomt dat opspattend water je voortent in kruipt.
- Let op windrichting en vorm van de oever. Inhammen dempen golfslag, open oevers vangen wind.
- Vermijd lage kuilen waar condens en nevel blijven hangen.
- Bewaar natte spullen buiten de binnentent om schimmel te beperken.
Als ik het me goed herinner hadden we bij het Veluwemeer eens een nacht met zuidwester 5: open oever, dus korte, stugge golfjes. In een rietkraag 50 meter verder lag het ineens stil. Het punt is: het microreliëf en de oevervorm bepalen je nachtrust. Kijk naar sporen in het gras, modderrandjes en waar riet platligt; dat verraadt waar water en wind samenkomen. Check even de KNMI-windverwachting en, voor zover ik weet, geeft Zwemwater.nl de snelste updates over kwaliteit. Dat is wel handig als je ’s ochtends wilt plonzen zonder gedoe.
Ondergrond maakt verschil. Op zand (denk: Schiermonnikoog-duinvalleien) houden sand pegs beter, op klei of veen (Biesbosch, delen van Friesland) gebruik ik langere haringen en span ik iets steiler af. Let bij rivieren als de Waal of IJssel op hekgolven: beroepsvaart kan midden in de nacht een klotsrand geven die tot ver de oever op loopt, echt waar. Aan de kust spelen getij en winddraaiing mee; ik ben er niet 100% zeker van maar ik denk dat een halve meter springtij sneller binnen is dan je denkt als de wind oost draait, maar dat is weer een ander verhaal.
Zoek je online naar “Beste camping aan het water Nederland”, dan krijg je natuurlijk lijstjes. Mijn ervaring: de beste plek zit vaak 30 meter naast het pad, net boven een onzichtbare afwateringslijn, met een vrij zicht op de lucht om buien te spotten. Zet je kookplek uit de windschaduw van de tent, dan blijft condens lager. En houd paden vrij; aan het water gebruiken mensen vaak dezelfde looplijnen naar steigers en put-in points. Klein detail, groot gemak voor iedereen.
Geschiedenis van kamperen aan het water
Kamperen aan het water is in Nederland al decennia populair dankzij toegankelijke meren en vaarten. Parkachtige campings werden waterpoortjes naar kano- en surfgebieden. Die traditie leeft, maar de spelregels zijn moderner: betere reddingshulpmiddelen, striktere natuurzones en meer aandacht voor waterkwaliteit. In Friesland zie je het aan de Marrekrite-plaatsen, rond de Loosdrechtse Plassen aan de doorsteekjes richting plas, bij het Veerse Meer aan de uitgezette rustgebieden voor vogels.
Ervaren kampeerders merken op dat een rustige nacht vaak begint met slim kiezen overdag. Een oever die ’s middags zonnig is, koelt ’s avonds sneller af dan je denkt, waardoor vocht neerslaat. Eén blik op de windverwachting voorkomt verrassingen. De feiten spreken voor zich. Morgen draait het om uitrusting die werkt bij natte omstandigheden; vandaag kies je eerst die slimme plek die het verschil maakt tussen klam en comfortabel.
Professionele uitrusting voor wateractiviteiten op de camping
Voor kanoën en suppen volstaat vaak een drijfhulpmiddel van 50N volgens EN ISO 12402, mits je dicht bij de kant blijft. Ga je verder van de oever, op ruiger of kouder water, dan is meer drijfvermogen of een automatisch reddingsvest (meestal 150N) echt een gerust idee. Check wel even de patroonstatus en of de kraag niet botst met je peddeljack. Een drybag met IPX7-bescherming houdt telefoon en EHBO set bruikbaar; ik ben er niet 100% zeker van maar ik denk dat IPX7 zoiets als tijdelijk onderdompelen betekent, dus spatwater is dan sowieso geen issue. Het punt is: je materiaal moet blijven werken wanneer jij nat bent, niet andersom.
- Neopreenschoentjes met grip voor glibberige oevers.
- Sneldrogende kledij en een warme laag voor na het water.
- Reflecterende scheerlijnen en een hoofdlamp met IPX4 of hoger.
- Reservepeddel of peddelclip om verlies te voorkomen.
Op de Loosdrechtse Plassen is een reservepeddel geen overbodige luxe; één windvlaag en plons, daar ging die van mijn maat, als ik het me goed herinner. Reflecterende scheerlijnen zijn trouwens geen fashion statement maar pure rust voor je enkels wanneer je ’s avonds met natte voeten de voortent in stapt. Een hoofdlamp met rode stand helpt om de buren niet te verblinden en je nachtzicht te houden. Aan de kust zou ik een iets sterker lampje nemen, maar dat is weer een ander verhaal.
Uitrusting voor kamperen aan het water kopen tips
Let op stikselafwerking en ritsflappen van je tent; bij opspattend water in de Biesbosch maken die het verschil. Een grondzeil van 5000 mm waterkolom is geen luxe bij nat gras of drassige oevers en een kuipgrond helpt tegen binnensijpelend water. Koop je een peddeljack of anorak, kijk of de manchetten goed afsluiten zonder je polsen af te knellen. Voor elektronica is een dubbele bescherming slim: een waterdichte pouch in een drybag, en een drijfkoord zodat het niet zinkt. Dat is wel handig als je bij het instappen op een gladde steiger glijdt. Voor zover ik weet zijn IP-ratings niet allesbepalend; naden, sluitingen en hoe jij het gebruikt tellen net zo hard. Bevestig kritieke spullen aan je PFD met een korte tether, geen lange lijnen die kunnen haken.
Uitrusting voor kamperen aan het water kopen zonder ervaring
Begin met basisveiligheid en huur materiaal waar mogelijk, zeker bij de eerste keer kamperen aan het water. Eerlijk gezegd zegt een passessie in de winkel niet alles: test de pasvorm van je PFD nat, met kledinglagen eronder. Check ook of je SUP-leash past bij de omgeving; op stromend water is een quick-release heupleash veiliger dan een enkel-leash. Op plassen zoals het Veluwemeer peddelt een coilleash prettig omdat hij minder in het water sleept. Kijk bij opblaasbare SUP’s naar het ventiel en neem een ventieltool mee; een half loszittend ventiel ontdek je vaak pas wanneer het fris wordt. Pompdruk en vinbevestiging lijken klein grut, tot je ineens dwars op de wind staat.
Volgens uitrustingsexperts levert een kleine reparatieset – ducttape, ty-raps, ventieltool – buitenproportioneel veel rust op. Wij fixeerden ooit een losse peddelbladbout met een ty-rap bij de Friese meren, en voeren gewoon door. Voeg een paar roestvrije schroefjes, een stukje bungee en een minitube lijm toe en je zit goed. Eén scheur of los ventiel hoeft je dag niet te beëindigen. Waarom slepen met een nat pak als het niet hoeft? Een compacte poncho of changing robe maakt omkleden langs de oever ineens heel normaal, echt waar.
Hoe kies je een camping aan het water voor beginners
Als je net begint met varen, suppen of een eerste kano-weekend plant, kies dan een camping aan het water met beschutte hoekjes, ondiepe instap en zicht op de overkant. Dat klinkt simpel, maar het maakt echt verschil als je nog geen gevoel hebt voor wind en golfslag. Campings met verhuur én enig toezicht verlagen de drempel, zeker als je geen eigen materiaal meeneemt. Check ook of er een uitwijkmogelijkheid is: een luw haventje, een zijtak of een rietkraag waar je bij opstekende wind heen kunt. In de praktijk merk je dat plekken als het Veluwemeer of de Loosdrechtse Plassen, met eilandjes en baaien, beginners veel vergeven. Grote open vlakken zoals het Markermeer zijn minder vergevingsgezind, en rivieren als de IJssel vragen om ervaring met stroming. Het punt is: kies terrein dat jouw fouten opvangt, niet uitvergroot.
Weer, wind en water maken of breken je dag; eerlijk gezegd plan ik vaker op windrichting dan op temperatuur. Een graad kouder of één bft extra voelt op het water meteen anders aan dan op de campingstoel.
- Vermijd aflandige wind aan open water wanneer je gaat suppen.
- Onder 15 °C watertemperatuur is neopreen of een dunne longjohn verstandig.
- Neem altijd een fluitje, telefoon in waterdichte case en een droge set kleding mee.
Veiligheidschecklist voor kamperen aan het water
- Plan A en Plan B met windgrenzen en tijdslimieten.
- Meld je route bij een kampeermaat of receptie.
- Ken lokale regels en natuurzones. Respecteer broedgebieden en vaargeulen.
- Bij nood bel je 112. Aan de kust geldt extra aandacht voor stroming en getij.
Concreet kiezen? Bij de Maasplassen vind je veel luw water en korte oversteekjes; dat is wel handig als je nog zoekt naar balans. Voor zover ik weet is het Grevelingenmeer qua golfslag vriendelijker dan open zeegaten, al waait het er regelmatig door. Check de lokale windroos en gebruik een paar betrouwbare bronnen (ik kijk vaak naar Buienradar neerslag en Windy voor windgolven), maar neem het van mij niet aan: praat ook even met de havenmeester of de campinghost. Kustcampings vragen om getijdetabellen en een helder start- en omkeermoment rond kentering. Riviercampings? Let op keerwater, veerponten en of er veilige uitstapplaatsen zijn stroomafwaarts, als ik het me goed herinner redt zo’n detail je dag.
Over het algemeen geldt dat je minder kunt improviseren op het water dan op het land. Eén graad kouder of één bft meer wind verandert de spelregels. Waarom het risico nemen?
Beste wateractiviteiten voor gezinnen op de camping Nederland
Kort en leuk werkt beter dan lang en ambitieus. Een rondje met de kano langs de rietkraag, een speurtocht op SUP in de luwte of waddenpootje bij laag water zijn favorieten. Leg activiteitenspullen de avond ervoor klaar, droog en compleet.
- Zwemvesten op maat en zonbescherming binnen handbereik.
- Heldere afspraken wie toezicht houdt aan de waterkant.
- Snack en warme laag klaar voor na de activiteit.
Wij plannen gezinsactiviteiten als korte, overzichtelijke blokken. Denk aan 30–60 minuten peddelen vanaf de steiger en dan terug voor fruit en thee. In Friesland kiezen we vaak een slootje met rietluwte, bij de Loosdrechtse Plassen gaat het om de ochtendluwte naar dat eilandje met picknicktafel, en aan het Veerse Meer is een SUP-speurtocht met drijvende pionnetjes echt een hit. Eerlijk gezegd, een zandbank vinden en daar schepnetten uitrollen is al voldoende avontuur. Waarom zou je stress zoeken aan de waterkant?
Voor stressloze start helpt een vast vertrekritueel. Wij leggen ’s avonds alles in een “ga-bak”: peddels, pomp, vin, kinderbrillen, een kleine drybag met pleisters en een thermos met limonade. Zwemvesten al losgespt, schoenen bij de deur. Dat is wel handig, want als ik het me goed herinner verlies je de meeste tijd aan gezoek. Ik ben er niet 100% zeker van maar ik denk dat een transition zone bij de voortent – een rubbermat, handdoeken, een emmer voor natte spullen – de boel echt ordelijk houdt. Kleine dingen, groot verschil.
Kinderen varen beter op duidelijke rollen. Eén volwassene is “watergids”, de ander is “walbasis” met camera, droge kleren en snacks. Voor zover ik weet werkt dit zowel aan het Lauwersmeer als in De Biesbosch. En wissel om, want ook de walbasis wil het water op; zo blijft het leuk voor iedereen. Zo simpel is het.
Kamperen Aan Het Water vs Boscamping
Watercampings bieden directe actie, boscampings meer luwte en minder condens. Aan het water heb je extra aandacht voor wind en natte spullen, in het bos juist voor schaduw en insecten. Kies wat past bij je groep en plannen; dat voorkomt frictie.
Ervaren kampeerders merken op dat vaste tijdvakken met marge – bijvoorbeeld ochtend water, middag droog – de sfeer redden. Zoals we hebben gezien draait het om ritme, niet om volproppen van de dag.
Concreet: aan het water zet ik een tarp als drupbescherming bij de instap, met een waslijn voor wetsuits en een bak met spoelwater. In het bos neem ik juist een extra grondzeil en een zachte borstel mee; zand en hars zijn zoiets als de natuurlijke tegenpool van droge voeten. Het punt is dat je kamp inricht op het dagplan: ochtendactiviteit met ochtendluwte, middag knutselen, dammetjes bouwen of een kleine wandeling. Na het peddelen gaat iedereen door het wisselmoment: handdoek, warme laag, iets zouts. Wij zweren bij bouillon in de thermos en krentenbollen; het lijkt me dat je daarmee ook bij 18 °C en windje 3 de glimlach bewaart.
Oh ja, nog één ding: check even of de camping een ondiepe oever heeft met harde bodem. Kinderen stappen makkelijker in en uit zonder modderdrama’s, en jouw kano blijft krasvrij, echt waar. Maar neem het van mij niet aan, vraag het gerust aan de receptie; die weten vaak precies welke hoek rustig is voor gezinnen. En morgen weer kort en leuk, dan houdt iedereen zin.
Natuur, etiquette en lokale regels die tellen
Goede watergewoontes houden de plek mooi én veilig voor iedereen. Hou het simpel: geef broedende vogels en rietkragen rust, loop niet dwars door oeverplanten en gebruik geen zeep in open water – zelfs “biologisch afbreekbaar” blijft een probleem in een sloot of veenplas. Ik weet niet hoe jij erover denkt, maar als je een kluut of fuut ziet foerageren, is even omvaren zo gedaan. Vissen? Voor zover ik weet heb je op veel zoete wateren in Nederland een VISpas nodig; check de borden of de app van Sportvisserij Nederland, want regels kunnen per polder of kanaal verschillen.
- Houd minimaal 50 meter afstand van rustende vogels en zeehonden.
- Beperk geluid in de avond aan de waterkant; geluid draagt ver.
- Pak afval in en neem ook zwerfafval mee dat je aantreft.
Eerlijk gezegd merk je meteen verschil in natuurbeleving als je dit soort kleine keuzes maakt. Wil je dat rietveld volgend seizoen ook nog vol zangvogels hangen? Dan is niet-instappen bij kwetsbare oevers en rustig aanlanden op een robuuste steiger eigenlijk een no-brainer. Ik ben er niet 100% zeker van maar ik denk dat in gebieden als de Biesbosch en De Wieden bepaalde kreken in het broedseizoen tijdelijk dicht gaan; ranger tegengekomen, kaartje erbij, en we kozen een alternatief rondje – klaar.
Over vissen gesproken: als ik het me goed herinner zijn er wateren met “catch & release” verplicht en soms nachtvisverboden. Het punt is: lokale regels zijn er niet om je dag te verpesten, ze maken dat we er morgen óók nog kunnen kamperen aan het water en onze wateractiviteiten blijven doen. En ja, stilte aan de oever is goud waard; een bluetoothspeaker voelt onschuldig, maar aan een plas als het Lauwersmeer hoor je dat zo aan de overkant. Een zacht kampvuurgeluidje? Prima, mits toegestaan en goed afgeschermd, maar dat is weer een ander verhaal.
Kamperen Aan Het Water Winkels Nederland
Veel buitensportzaken verhuren en verkopen PFD’s, drybags en SUP’s met eerlijk advies. Vraag specifiek naar EN ISO 12402-classificaties: 50N voor peddelsport in beschutte wateren, 100N of meer voor minder zekere zwemmers of ruigere omstandigheden. Voor kinderen let ik op kruisband, kraag en fluitje; een korte pas-sessie in de winkel voorkomt miskopen, dat is wel handig. Voor SUP’s: vraag naar leash-opties. Op vlak water vaak een coil leash aan de enkel, op rivier of getij liever een quick-release heupband zodat je snel los kunt bij stroming of obstakels, echt waar. En onderschat service na aankoop niet; een shop die je ventiel op druk test of een kapotte rits in je drybag snel fixt, verdient elke euro.
Natura 2000-gebieden hebben vaak extra restricties: stille zones, niet-aanlanden-eilandjes of vensters voor kitesurf en kajak. Check de kaartjes op de camping of vraag het aan de beheerder; op het Veerse Meer of in het Waddengebied scheelt dat discussie én boetes. Nou, het lijkt me dat je met een beetje aandacht probleemloos samen gaat met stern, rietzanger en zeehond – en je trip wordt er rustiger en rijker van.
Goed kamperen aan het water is geen truc, maar het resultaat van heldere keuzes. Een hoger en windgunstig plekje, de juiste drijfhulpmiddelen en aandacht voor lokale regels maken wateractiviteiten merkbaar relaxter. Investeer in een paar betrouwbare items, check het weer en houd ruimte in je planning. Simpel gezegd is dat de meest zekere weg naar onbekommerd plezier aan oever en strand.
